Widgets

Binnen een licentie kun je als beheerders widgets instellen. Dit zijn grafische functies waarmee het systeem op een snelle en overzichtelijke manier toegang geeft tot relevante data. Afhankelijk van een rol is automatisch bepaald of een gebruiker toegang heeft tot de gepresenteerde data.

Voordat je begint

  • Een beheerder is verantwoordelijk voor het inrichten van widgets. Bekijk alle rollen en rechten voor meer informatie.
  • Widgets kunnen op verschillende plekken (niveaus) in het systeem ingesteld worden.
  • Op basis van rollen en rechten is bepaald welke gegevens inzichtelijk zijn voor gebruikers. Het kan dus voorkomen dat sommige gebruikers bepaalde widgets niet kunnen zien.

Basiselementen

In het dashboard zijn standaard de volgende basiselementen opgenomen:

  • Activitybar: De activitybar laat per maand alle activiteiten zien.
  • Kalender: Op basis van een rol toont de kalender alle relevante opdrachten en actiepunten. Voor auditors geldt dat zij naast het home-scherm via de kalender overzicht kunnen houden over ingeplande opdrachten. De kalender is beschikbaar als .ics-bestand en kan geopend worden met verschillende programma’s zoals Outlook, iCalender en Google Agenda.

Type widgets

Je kunt de volgende widgets toevoegen:

  • Tabel: Met een tabel toont het systeem alle gegevens in een geordende lijst.
  • Donut (cirkeldiagram): Met een donut maak je op een eenvoudige manier de verdeling van gegevens inzichtelijk. In het middelpunt kan een totaalscore in beeld gebracht worden.
  • Vlakdiagram: Met een vlakdiagram maak je een grafische voorstelling waarin twee of meer grootheden voorgesteld worden. Dit wordt gedaan door gekleurde oppervlakken met elkaar te vergelijken.
  • Verdeling:

Type gegevens

Per widget kunnen verschillende type gegevens ingesteld worden. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat een beheerder een widget gebruikt voor een eindscore of om in kaart te brengen hoeveel actiepunten zijn verlopen. Zie hieronder een overzicht met de type gegevens:

Eindscore: Een beheerder stelt een eindscore in om bijvoorbeeld het gemiddelde kwaliteitsniveau in kaart te brengen. Een eindscore is altijd afkomstig uit de outputsheet van het rekenblad.

Follow-up: Een follow-up wordt ingesteld om via een grafische weergave de voortgang van actiepunten in beeld te brengen.

Excel: Een beheerder kan kiezen om gegevens die buiten het systeem zijn opgeslagen in te laden in een widget. Dit kunnen bijvoorbeeld financiële gegevens zijn.

Niveau en widget bepalen

Wil je een nieuwe widget aanmaken? De eerste stap is het bepalen van het niveau binnen het systeem waar de widget wordt getoond. Je kunt een widget bijvoorbeeld toevoegen aan het dashboard, maar ook instellen in het tablad klant (alles), klant (locatie) of opdrachten. Deze tabbladen representeren de niveau’s binnen het systeem die een gebruiker logischerwijs doorloopt. Nadat je het niveau bepaald hebt selecteer je een widget en het type gegevens dat je in kaart wilt brengen.

Volg de onderstaande stappen om het niveau, widget en type gegevens te selecteren.

  1. Navigeer via het hoofdmenu naar beheer
  2. Klik op beheer widget
  3. Kies in het linkerscherm een niveau (Dashboard, klant (alles), klant (locatie) of opdracht)
  4. Klik rechts onderin het scherm op de oranje plusknop
  5. Kies een widget
  6. Kies de juiste gegevens (eindscore, follow-up of Excel)
  7. Klik op opslaan

(Aan het onderdeel widgets wordt nog gewerkt)